NOW 2.0: voorwaarden en uitvoering verlengde NOW-regeling

Op woensdag 20 mei is bekendgemaakt dat de huidige NOW-regeling (“NOW 1.0”) met een periode van 3 maanden wordt verlengd, maar dat daarin ook enkele wijzigingen worden doorgevoerd (“NOW 2.0”). Hieronder hebben wij die wijzigingen in een Q&A voor u op een rij gezet. De NOW 2.0 moet nog worden vastgelegd in formele regelgeving, zodat op dit moment nog niet alle details bekend zijn. Zodra dat is gebeurd, plaatsen wij hier een nieuwe Q&A. Onder punt 15 en 16 hebben we ook nog twee eerdere wijzigingen van de NOW 1.0 toegelicht.

1. Op welke periode ziet de NOW 2.0?

Het subsidietijdvak van de NOW 1.0 liep van maart t/m mei 2020. De NOW 2.0 wordt daarna opengesteld voor een periode van 3 maanden, dus van juni t/m augustus 2020.

2. Wanneer kom ik voor de NOW 2.0 in aanmerking?

De NOW 2.0 staat open voor werkgevers die eerder een NOW-aanvraag hebben gedaan, maar ook voor werkgevers die voor het eerst een beroep doen op de NOW. Om voor subsidie op grond van de NOW 2.0 in aanmerking te komen moet een werkgever tenminste 20% omzetverlies hebben in een aaneensluitende periode van drie maanden gedurende de maanden juni t/m oktober 2020. Als een werkgever daaraan voldoet, dan kan hij voor die periode een loonsubsidie aanvragen van maximaal 90% van de loonsom, gerelateerd aan het omzetverlies. De omzetdaling wordt vastgesteld over een driemaandsperiode. Die periode moet starten op 1 juni, 1 juli of 1 augustus 2020. Als een aanvrager voor de tweede keer een beroep doet op de NOW, dan moet de omzetperiode echter aansluiten op het eerste NOW-subsidietijdvak.

Als een NOW 2.0-subsidie is toegekend, dan wordt (net als bij de NOW 1.0) achteraf vastgesteld wat het daadwerkelijke omzetverlies is geweest en of sprake is van een daling van de loonsom over de maanden juni, juli en augustus. Voor zowel de NOW 1.0 als de NOW 2.0 geldt dat ‘coronasubsidies’ die ondernemers ontvangen (waaronder de nieuwe Tegemoetkoming Vaste Lasten) meetellen als omzet.

3. Welke loonsom wordt vergoed en hoe?

Onder de NOW 2.0 kan de werkgever een subsidie krijgen voor het loon over de maanden juni t/m augustus 2020, vermeerderd met een forfaitaire opslag van 40% (dat was 30% onder de NOW 1.0). Onder de NOW 2.0 wijzigt de referentiemaand voor de loonsom (lees: de maand waarvan het loon als uitgangspunt wordt genomen voor de berekening van de subsidie) van januari naar maart 2020. De peildatum is 15 mei 2020, zodat wijzigingen in de loonsom van maart 2020 die na 15 mei 2020 zijn doorgevoerd niet meetellen.

De subsidie wordt eerst betaald als een voorschot ter hoogte van 80% van het subsidiebedrag. Achteraf wordt vastgesteld wat het daadwerkelijke omzetverlies is geweest en of sprake is van een daling van de loonsom over de maanden juni, juli en augustus. Vervolgens kan een nabetaling of terugvordering plaatsvinden.

4. Houdt de NOW 2.0 rekening met seizoensarbeid, of een toename van de loonkosten ten opzichte van januari 2020?

De NOW 1.0 hield voor de berekening van de loonsom geen rekening met seizoensarbeid. Omdat bij de NOW 2.0 de maand maart 2020 als referentiemaand geldt (en niet januari 2020, zoals bij de NOW 1.0), zal dat een gunstig effect hebben voor seizoensbedrijven die tussen januari en maart hebben ‘opgeschaald’ (lees: een hogere loonsom hebben dan daarvoor). Zij zullen onder de NOW 2.0 een hogere subsidie ontvangen. Seizoensbedrijven worden daarnaast nog verder tegemoetgekomen. De subsidie o.g.v. NOW 1.0 wordt namelijk automatisch aangepast voor werkgevers die (vanwege een seizoenspatroon of andere redenen) een te lage, niet-representatieve loonsom in januari hadden ten opzichte van de subsidieperiode maart t/m mei.

De aanpassing werkt als volgt: als de loonsom van maart t/m mei 2020 hoger is dan de loonsom van driemaal januari, dan wordt de loonsom van maart tot en met mei als uitgangspunt genomen voor de berekening van de subsidiehoogte bij vaststelling. De loonsommen van april en mei worden vervolgens gemaximeerd op de loonsom van maart (peildatum 15 mei). Hiermee gaat het totale subsidiebedrag voor de werkgever omhoog. NB: De aanpassing leidt enkel tot een aanvullende compensatie bij de subsidievaststelling (achteraf, na september 2020), dus niet tot een verhoging van het voorschot.

Deze oplossing helpt ook andere werkgevers die een hogere loonsom hebben in de maanden maart, april en mei dan in januari, zoals werkgevers die na januari oproepkrachten voor een vast aantal uren in dienst hebben genomen als gevolg van de Wet arbeidsmarkt in balans.

5. Mijn eerdere NOW 1.0-aanvraag is afgewezen, omdat ik geen loonsom had in januari 2020 en november 2019. Maak ik nu alsnog kans op NOW 1.0?

Omdat de referentiemaand van de NOW 2.0 maart 2020 is, komt u voor de NOW 2.0 in aanmerking als u toen een loonsom had. Daarnaast heeft de aanpassing voor seizoensarbeid (zie hiervoor onder 4) mogelijk gunstige gevolgen voor u. Als uw loonsom van maart t/m mei 2020 hoger is dan die van januari of november 2020 (bijvoorbeeld omdat u toen geen loonsom had), komt u op grond van die aanpassing mogelijk alsnog voor een NOW 1.0-subsidie in aanmerking. Als u eerder een afwijzende beschikking van het UWV heeft ontvangen, dan wordt u daarover door het UWV benaderd. Als u nog geen aanvraag voor NOW 1.0 had gedaan, adviseren wij u dat alsnog te doen. Het tijdvak daarvoor wordt vanwege voormelde aanpassing namelijk verlengd tot en met 5 juni 2020.

6. Ik heb een bedrijf overgenomen, waardoor mijn loonsom in de refertemaand niet representatief is. Wat nu?

Bedrijven die voorafgaand aan de NOW 1.0  een (onderdeel van een) onderneming hebben overgenomen, mogen hun omzetverlies berekenen door de verwachte omzetdaling af te zetten tegen de omzet over de periode vanaf de eerste kalendermaand na de dag van overname tot en met februari 2020, omgerekend naar 3 maanden. De standaardregel dat het omzetverlies in de gekozen driemaandsperiode in 2020 (maart-mei, april-juni of mei-juli) vergeleken wordt met 25% van de jaaromzet van 2019 geldt voor deze ondernemingen dus niet. Om gebruik te kunnen maken van deze regeling, moet een bedrijf wel overgenomen zijn vóór februari 2020.

 7. Wanneer kan ik mijn aanvraag voor de NOW 2.0 indienen?

De streefdatum voor de openstelling van de NOW 2.0 is 6 juli 2020. De aanvraag kan t/m 31 augustus 2020 worden ingediend.

8. Wanneer worden de NOW-subsidies definitief vastgesteld?

Als u een NOW-subsidie aanvraagt, ontvangt u eerst een voorschot. U moet daarna zelf verzoeken om definitieve vaststelling van de NOW-subsidie. U kunt vanaf 7 september vaststelling van de subsidie o.g.v. de NOW 1.0 aanvragen (dat was eerst: 1 juni 2020). Als u een subsidie o.g.v. de NOW 1.0 en de NOW 2.0 heeft aangevraagd, of alleen een subsidie o.g.v. de NOW 2.0, dan kunt u pas na afloop van het tijdvak van de NOW 2.0 om vaststelling daarvan vragen.

9. Ik moet reorganiseren tijdens het tijdvak van de NOW 2.0. Waar moet ik rekening mee houden?

Bij een subsidieaanvraag onder de NOW 1.0  wordt een werkgever beboet die een ontslag wegens bedrijfseconomische redenen verleent. De subsidie bij de vaststelling daarvan wordt achteraf verminderd met 150% van het loon van de ontslagen werknemers. Onder de NOW 2.0 wordt dit anders, omdat bedrijfseconomische ontslagen voor veel werkgever inmiddels onvermijdelijk zijn. Als de werkgever een ontslagaanvraag indient in de periode 1 juni t/m 31 augustus 2020, dan wordt bij de subsidievaststelling niet 150% maar “slechts” 100% van het loon van de ontslagen werknemers op de subsidie in mindering gebracht.

Bij een belangrijke reorganisatie moet u altijd de OR betrekken. Als u de arbeidsovereenkomsten van 20 of meer werknemers in 1 werkgebied van het UWV wilt beëindigen vanwege bedrijfseconomische redenen, dan moet u dat o.g.v. de Wet Melding Collectief Ontslag ook aan de betrokken vakbonden melden. Vervolgens kunnen de vakbonden (als zij dat willen) in overleg met u treden over uw reorganisatieplannen. Bij een aanvraag voor de NOW 2.0 moet u verklaren dat u die verplichting zal nakomen, alsmede dat u de ontslagaanvragen niet eerder dan 4 weken na de WMCO-melding aan de vakbonden zal indienen.

10. Moet ik een transitievergoeding betalen bij een ontslag tijdens de NOW 2.0?

Ja, tenzij u in surseance van betaling of faillissement verkeert. Als u de transitievergoeding niet in één keer kan voldoen, kunt u (bij de ontslagaanvraag) het UWV verzoeken om betaling in termijnen.

11. Dividend- en bonusuitkeringen en inkoop eigen aandelen

Onder de NOW 2.0 mag een werkgever of groep geen dividend of bonussen uitkeren, of eigen aandelen inkopen over 2020 t/m de aandeelhoudersvergadering waarin de jaarrekening wordt vastgesteld in 2021. Deze verplichting geldt ook voor andere ondernemingen en instellingen die geen aandeelhoudersvergadering hebben, zoals coöperaties. Voor hen geldt de verplichting tot en met de vergadering waarin de jaarrekening wordt vastgesteld in 2021. Deze voorwaarde ziet niet op dividend, bonussen en aandelen over 2019, omdat die beslissingen al waren genomen.

De voorwaarde t.a.v. bonussen is beperkt tot de bonussen die worden uitgekeerd aan het bestuur en de directie, dus niet aan het overige personeel. Onder bonussen worden zowel winstdelingen als andere bonusbetalingen verstaan. Wat onder directie wordt verstaan, is (vooralsnog) niet nader uitgewerkt.

Bovenstaande verplichting geldt alleen voor bedrijven die een subsidiebedrag ontvangen waarvoor een accountantsverklaring is vereist (zie onder 12). NB. Voor werkmaatschappijen die als onderdeel van een concern een NOW-subsidie hebben gekregen geldt het drempelbedrag niet, zij moeten zich altijd aan de voorwaarde houden.

12. Accountantsverklaring

Het is verplicht bij het verzoek om subsidievaststelling een accountantsverklaring te overleggen als subsidievoorschot € 100.000 of meer bedroeg, of als de vast te stellen subsidie van € 125.000 of meer zal bedragen. Werkgevers die een voorschot van minder dan €100.000 hebben ontvangen moeten zelf inschatten of de subsidie uiteindelijk op € 125.000 of meer zal worden vastgesteld, waardoor ook zij een accountantsverklaring nodig hebben. Het ministerie zal een online tool beschikbaar stellen om daarvan een redelijke inschatting te kunnen maken.

Bij voormelde bedragen wordt niet uitgegaan van de subsidie ‘per loonheffingsnummer’, maar van het subsidiebedrag dat wordt toegekend aan het concern, of als er geen concern is, de rechtspersoon of natuurlijke persoon. De controle door de accountant is immers van belang voor het vaststellen van de omzetdaling en die wordt op dat niveau beoordeeld.

Als een werkgever geen accountantsverklaring hoeft te overleggen, moet hij bij het verzoek om subsidievaststelling wel een ‘verklaring van een derde’ overleggen als het subsidievoorschot € 20.000 of meer bedroeg, of als de vast te stellen subsidie € 25.000 of meer zal bedragen. Die derde kan bijvoorbeeld een administratiekantoor, financieel dienstverlener, of brancheorganisatie zijn. Daarnaast rust op de werkgever de verplichting onverwijld melding te doen als duidelijk is dat hij niet langer aan de vereisten voor subsidieverlening voldoet, bijvoorbeeld als de omzetvermindering zich toch (vrijwel) niet voordoet.

13. Scholing

Scholing wordt geen voorwaarde onder NOW 2.0, maar wel een inspanningsverplichting van de werkgever. Werkgevers kunnen werknemers bijvoorbeeld stimuleren (vrijvallende) tijd voor (om)scholing te gebruiken en daarvoor middelen verschaffen, bijvoorbeeld via een Opleidings- & Ontwikkelfonds. Ter ondersteuning daarvan komt het kabinet met een flankerend crisispakket “NL leert door”, waarvoor € 50 miljoen ter beschikking wordt gesteld. Dit pakket moet in juli 2020 in werking treden en omvat ontwikkeladviezen, online scholing en ondersteuning door loopbaanadviseurs.

14. Ik heb een dertiende maand betaald in januari 2020. Heeft dat gevolgen voor de NOW 1.0?

Als de dertiende maand in januari 2020 is uitgekeerd, dan vertekent dat de representativiteit van de loonsom in de maand januari (het niveau van de loonsom is hoger dan de werkgelegenheid die daar tegenover staat). Het UWV zal daarom bij vaststelling van de subsidie de eventueel betaalde dertiende maand uit de loonsom “filteren”, zodat wordt voorkomen dat een werkgever enkel vanwege de betaling van een dertiende maand in januari subsidie moeten terugbetalen. Eventuele extra periode salarissen die in maart 2020 zijn uitgekeerd (de refertemaand voor NOW 2.0) worden ook uit de loonsom gefilterd.

Eerdere wijzigingen NOW 1.0

Op 5 mei 2020 is tevens een gewijzigde regeling NOW 1.0 in werking getreden. De belangrijkste wijzigingen luiden als volgt:

16. NOW 1.0 aanvragen met buitenlands bankrekeningnummer

In NOW 1 was eerder als voorwaarde opgenomen dat een werkgever met een buitenlands bankrekeningnummer de aanvraag binnen vier weken dient aan te vullen met een Nederlands bankrekeningnummer. Conform de gewijzigde regeling hoeven werkgevers met een niet-Nederlands SEPA-bankrekeningnummer niet langer een Nederlands bankrekeningnummer aan te leveren. In de aanvraag wordt onverminderd het rekeningnummer vermeld waarop de werkgever betalingen van de Belastingdienst inzake loonheffingen ontvangt.

17. Aanvraag NOW 1.0 met een omzetverlies van minder dan 20% op concernniveau

Eén van de voorwaarden om in aanmerking te komen voor subsidie  is dat de werkgever ten minste een omzetdaling van 20% verwacht. Indien de werkgever deel uitmaakt van een concern, werd bij die berekening de omzet van het gehele concern als uitgangspunt genomen. Onder de gewijzigde NOW 1.0 is het ook voor concerns met minder dan 20% omzetverlies mogelijk om door individuele werkmaatschappijen subsidie aan te laten vragen op basis van de omzetdaling van de betreffende werkmaatschappij. Daarbij gelden diverse extra voorwaarden, waaronder: i. een verklaring van het groepshoofd dat over 2020 geen dividend aan aandeelhouders of bonussen aan de Raad van Bestuur en directie zullen worden uitgekeerd ii. een overeenkomst met betrokken vakbonden over werkbehoud. Daarnaast mag de personeelsvennootschap geen aanvraag doen.

Wij kunnen ons voorstellen dat er bij u nog meer vragen spelen. Wij zijn uiteraard beschikbaar voor vragen en overleg.

Saar van Waegeningh (vanwaegeningh@bingh.com)

Anne Martine de Jong (dejong@bingh.com)

Elianne Vroege – Scheffers (vroege@bingh.com)

Jolijn van Maurik (vanmaurik@bingh.com)

Sanne van Dooijeweert (vandooijeweert@bingh.com)